PDF Opties

Paragraaf Grondbeleid

1. Visie en beleid

De nota Grondbeleid hebben we vastgesteld in maart 2012; onze grondprijzennota is op 1 maart 2011 in werking getreden. Deze nota is inmiddels vervangen door de grondprijzenbrief 2022-2024. We gaan in het kader van de intrede van de Omgevingswet de nota Grondbeleid herzien.

Grondtransacties en grondexploitaties (ook grex genoemd) voeren we uit volgens dit beleid. Hetzelfde geldt voor exploitatieplannen en/of exploitatieovereenkomsten die we afsluiten op grond van de Omgevingswet. Het grondbeleid heeft een grote samenhang met de realisatie van de programma's en projecten en heeft er daarom ook een grote invloed op. De ambities in deze programma's en projecten resulteren altijd in een vraag naar ruimte en daarmee in een vraag naar verdeling van grond.

Het grondbeleid richt zich op waar de grond wordt gekocht, geëxploiteerd, ontwikkeld en verkocht. Er is in het verleden gekozen faciliterend grondbeleid. Onderzocht gaat worden of een actief grondbeleid de positie van de gemeente kan versterken. Economische conjunctuurbewegingen maken projectgerichte oplossingen gewenst. Daarom moeten we altijd alle mogelijke vormen van partnerships en samenwerkingsverbanden overwegen.

Doelstellingen

Grondbeleid is niet zonder financiële risico's. Hierover staat meer in de paragraaf Weerstandsvermogen. Voor grondbeleid en grondexploitaties gelden de volgende doelstellingen:

  • In onze grondpolitiek zijn we faciliterend. Door kaders te stellen bewaken we het algemeen belang.
  • Risicomanagement van het grondbeleid en de uitvoering zijn volgens de grondprijzennota.
  • We streven naar samenwerkingsvormen als actieve grondpolitiek noodzakelijk is.
  • We willen vlot kunnen inspelen op markontwikkelingen bij verwerving en uitgifte.
  • Ons uitgangspunt is de grondprijzenbrief 2022-2023, waarbij we bij definitieve prijsbepaling in principe marktconforme prijzen hanteren.
  • We willen positief renderende dan wel kostendekkende grondexploitaties en exploitatieovereenkomsten.
  • De kosten en opbrengsten die niet onder een grondexploitatie vallen en die zijn gemoeid met de uitvoering van het grondbeleid, komen ten laste en ten gunste van de algemene middelen.

De activiteiten in 2024

Jaarlijks stellen we een werkbudget Grondzaken beschikbaar om het grondbeleid te kunnen uitvoeren dat niet onder een grondexploitatie valt. Dit budget wenden we onder andere aan voor taxaties, informatiebetrekking van het kadaster, incidentele inschakeling van externe deskundigen, bodemonderzoeken en exploitatie en beheer van vastgoed dat tijdelijk in onze vastgoedportefeuille zit.

2. Financiële prognose

De eerstvolgende actualisatie van de grondexploitaties is bij de jaarrekening 2023. Er zijn geen ontwikkelingen die een eerdere actualisatie noodzakelijk maken. Onderstaande cijfers en toelichting komen dan ook overeen met de cijfers zoals die gepresenteerd zijn in de jaarrekening 2022.

In het Meerjarenprogramma Grondexploitaties (MPG) dat de gemeenteraad in juni 2023 heeft vastgesteld, gaan we specifiek in op de ontwikkeling van de grondexploitaties en de voortgang van de verschillende projecten. De grondexploitaties naderen hun einde. In 2024 zullen de laatste woningen worden gebouwd en een aanvang worden gemaakt met het woonrijp maken.

In onderstaande tabel staan de schuldpositie, het resultaat en de risico’s van onze grondexploitaties. De financiële resultaten (afgerond op € 1.000) van de begin 2023 geactualiseerde grondexploitaties geven het volgende beeld:

NRG gronden Oegstgeest aan de Rijn (VOF)

NRG Restgebieden

Balanswaarde per 31-12-2022

Nog te realiseren kosten

Nog te realiseren opbrengsten

Verwacht exploitatieresultaat op eindwaarde
(-/- = nadelig)

Resterende risico's

Totaal

-1.602.026

9.043.000

6.818.000

-623.000

1.000.000

Schuldreductie tot en met einde looptijd investeringen (2024)

-2.225.000

Stand van de voorziening

- voorziening Tekort Nieuw-Rhijngeest Restgebieden op eindwaarde:

634.000

- voorziening Tekort Nieuw-Rhijngeest gronden Oegstgeest aan de Rijn op eindwaarde:

0

Risicoreserve Grondexploitaties (streefwaarde 100% van de resterende risico’s); gewenste omvang:

1.470.000

Voor de deelneming Oegstgeest aan de Rijn VOF (50% deelneming) is een saldo op einddatum opgenomen van € 30.000

470.000

Het verwachte resultaat van de grondexploitaties voor Nieuw-Rhijngeest restgebieden bedraagt circa € 634.000 (negatief) op eindwaarde. Het verlies is gedekt in de voorziening tekort Nieuw-Rhijngeest restgebieden. De resterende risico’s zoals die zijn opgenomen in de paragraaf Weerstandsvermogen ramen we op € 1.000.000. Voor de deelneming (50%) in Oegstgeest aan de Rijn is de risicopositie van Oegstgeest geraamd op € 470.000.

De risicopositie in de grondexploitaties is per saldo afgenomen.

  • De risicopositie voor Nieuw-Rhijngeest restgebieden neemt af. Door de voortgang in de uitvoering wordt het restrisico steeds kleiner. De belangrijkste risico’s zijn nog: hogere saneringskosten doorverspreid asbest, het mogelijk niet (volledig) kunnen innen van subsidies en bijdragen en extra kosten door het ontstaan van knelpunten in de planning van de ontwikkelingen rondom de sloepenhaven.
  • De risico’s in de grondexploitatie van de VOF Oegstgeest aan de Rijn zijn iets afgenomen ten opzichte van vorig jaar, voornamelijk omdat de meeste grondverkopen gecontracteerd zijn, en daarmee het marktrisico afneemt. De belangrijkste risico’s in de deelneming zijn nog bodemvervuiling en grondoverschot, extra kosten voor het bouw- en woonrijp maken door prijsstijging en vertraging. De gemeente heeft een aandeel van 50% in de resterende risico's.

De stand in de Risicoreserve Grondexploitaties is € 1.470.000. De nog resterende risico’s in de afrondende fase van de grondexploitaties zijn reëel en hebben zich het afgelopen jaar ten dele ook voorgedaan. De risico’s op de uitvoering van de grondexploitaties nemen af. Uit voorzichtigheidsprincipe wordt daarom een dekking van 100% aangehouden.

Het aandeel van de schuldreductie dat voortvloeit uit de investeringen in de grondexploitaties is het saldo van de nog te realiseren kosten en nog te realiseren opbrengsten (de cashflow). Dit bedraagt circa € 2,3 miljoen (negatief). Dit betekent dat – op grond van deze cijfers – de nog te realiseren cashflow uit de grondexploitaties niet meer bijdraagt aan het terugdringen van de schuldpositie, maar nog een investering vraagt.

3. Stand van zaken uitvoering per deelexploitatie

Voor gedetailleerde informatie per deelexploitatie verwijzen we naar het meerjarenprogramma Grondexploitaties (MPG) 2023.