PDF Opties

Structureel en reëel evenwicht

In deze paragraaf geven we inzicht in de structurele begrotingspositie.

Conclusies:

  • Deze begroting is sluitend in 2025 en 2026.
  • Deze begroting is structureel in evenwicht in 2025.
  • Deze begroting is reëel in evenwicht.

Het sluitend zijn van de begroting blijkt uit onderdeel 5.1.1 in het overzicht van baten en lasten. In onderstaande tabel staan deze conclusies samengevat. In de tekst onder deze tabel lichten we achtereenvolgens het reëel en structureel evenwicht nader toe.

Structureel evenwicht
Van structureel evenwicht is sprake als de structurele lasten worden gedekt door structurele baten.
Er wordt vanuit gegaan dat in principe alle baten en lasten structureel van aard zijn. Incidentele baten en lasten zijn de uitzondering en worden toegelicht. Uitzondering hierop zijn de reservemutaties. In de BBV is gesteld dat in principe alle toevoegingen en onttrekkingen aan reserves incidenteel van aard zijn. Alle mutaties aan reserves maken daarom in principe onderdeel uit van het overzicht van incidentele baten en lasten. Structurele mutaties van reserves zijn in principe alleen mogelijk bij reserves waaruit kapitaallasten van investeringen worden gedekt. Ze zijn de uitzondering en zijn opgenomen in het overzicht Structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves.

Het structureel evenwicht wordt voor elk jaar als volgt bepaald:

Resultaat na bestemming

-/- incidentele lasten programma's en toevoegingen aan de reserves

+ incidentele baten programma's en onttrekkingen uit de reserves

= totaal structureel begrotingssaldo

Voor alle jaren van het meerjarenbeeld is sprake van een structureel evenwicht: structurele lasten worden gedekt door structurele baten.

Bedragen x € 1.000

2025

2026

2027

2028

Resultaat na bestemming

1.560

181

-2.020

-2.102

Af: Incidentele lasten

10.716

233

135

32

Bij: Incidentele baten

-8.925

-4

-4

-4

Af: Incidentele toevoegingen aan reserves

1.824

124

119

119

Bij: Incidentele onttrekkingen aan reserves

-2.030

-551

-347

-199

Structureel saldo van de begroting

-3.144

17

2.118

2.153

Structureel evenwicht

Ja

Nee

Nee

Nee

Reëel evenwicht
In het BBV staat dat we bij het begrip 'reëel evenwicht' moeten stellen hoe realistisch de ramingen zijn en dat we die moeten motiveren. Op basis van de volgende argumenten en bevindingen vinden we dat de begroting reëel in evenwicht is:

  • De algemene uitkering uit het gemeentefonds is berekend op basis van de meicirculaire 2024.
  • Bij de berekening van de onroerende zaakbelastingen houden rekening met de verwachte uitbreiding van het areaal.
  • Het areaal en verwachting bouwleges is aangepast aan de laatst bekende woningprognose.
  • We hebben reële budgetten voor jeugdzorg opgenomen conform de laatste SOZ prognoses.